Wereldwijd neemt de populatie vogels af. In Europa zijn de populaties van veel soorten met de helft afgenomen, met grotere verliezen onder vogels die in moerassen of graslanden leven, gebieden die steeds schaarser worden. Vogels voeren in de winter kan helpen, want vogels die betere voeding krijgen, leven langer en brengen meer gezonde nakomelingen groot. Maar de belangrijkste reden om vogelvoer in je tuin te voorzien is de connectie met de natuur. In dit artikel leer je alles over vogels in de moestuin. Er zijn verrassend meer voordelen als nadelen.
Vogels in de moestuin in de verschillende seizoenen
Een vogelhuisje in de late winter en lente zorgt voor beschutting
Laat in de winter, zelfs in de vroege lente maken veel vogels een plaats om hun eieren te leggen en kleine vogeltjes groot te brengen. Ze zoeken hiervoor een beschutte plaats. Een nest maken in een boom die blootgesteld is aan een schrale Noordoosten wind gaan de vogels intuïtief nooit doen. Ze gaan het wel doen in een beschutte en veilige omgeving. Daarom zijn vogelhuisjes maar ook bomen en struiken zo waardevol in een tuin.
Ook in de lente en herfst zijn vogels heel nuttig in de moestuin
OK, wanneer je fruitbomen, (wijn)druiven en kleinfruit vruchten dragen, zijn sommige vogels zoals spreeuwen, merels, duiven, kauwen, ... gretig om een stukje fruit mee te pikken. Die moet je sowieso beschermen met een vogelnet. Maar in de lente, zomer en de herfst zijn de meeste tuinvogels heel nuttig in de moestuin.
- Vogels eten bladluizen, rupsen, (colorado)kevers, vliegen, muggen, motten en spinnen. En nog belangrijker, ze weten ook de larven te vinden, hun proteïnenshake en ook die van hun baby vogeltjes.
- Vogels en meer specifiek de kleinere tuinvogels bestuiven door hun gefladder ook je fruitbomen, bloemen, en vruchtgewassen.
- Vogels helpen ook om het onkruid te onderdrukken. Mussen, vinken, meesjes en winterkoninkjes voeden zich ook gretig met onkruidzaden van invasieve planten die zich kunnen verspreiden in je moestuin.
Wat doen de vogels in de winter dan in je moestuin ?
Vogels broeden niet in de winter, dus is het onwaarschijnlijk dat ze zich in vogelhuisjes gaan nestelen. Wanneer je een vogelhuisje plaatst zullen de vogels het wel al opmerken als mogelijke plaats om hun nest te maken als het moment er is om voor nieuwe nakomelingen te zorgen. Maar ze gaan er nog niet in. Pas wanneer de lente in zicht komt gaan de vogels in vogelhuisjes hun nesten bouwen. Tijdens de winter vinden wintervogels hun habitat in struiken, bomen of andere dichte begroeiingen.
Wat kun je in de winter doen om vogels en tuindieren te helpen ?
Geef tuinvogels een thuis
In een vogelvriendelijke moestuin is er altijd beschutting voor tuindieren, niet alleen vogels maar ook vleermuizen, egels en eekhoorns. Doe jij een herfst- of wintersnoei van je wijngaard, fruitbomen, kleinfruit of ander struiken ? Voer de takken dan niet weg of verhaksel ze niet meteen in houtsnippers als mulch voor je paden en bedden. Maar stapel een takkenhoop in je tuin. Het is voor de biodiversiteit in je moestuin van een onschatbare waarde. De nuttige tuindieren zoals egels, vogels, eekhoorns, ... vinden er beschutting en heerlijke 'snacks' in de winter.
Vogelvoer en voeding voor je andere tuinieren in de winter
In principe voedt je vogels, egels, eekhoorntjes, ... het hele jaar door. In de lente, zomer en herfst doe je dat in een biodiverse moestuin onbewust met met insecten(larven), slakken, regenwormen, ...
Minder natuurlijk voedsel in de natuur tijdens de winter
Maar wat als er in de winter minder voedsel in de natuur te vinden is. Minder voedsel voor evenveel vogels die in barre omstandigheden moeten overleven. Gelukkig bereiden vogels zich voor op de winter door veel te eten voor de kou er aankomt. Ook zijn ze iets minder actief in de winter, gelukkig maar. Toch is het een goed idee om je tuindieren op een bewuste manier bij te voederen.
Tuindier eten en vogelvoer bijvoederen in de winter, ja of nee ?
Er zijn veel studies die vogels gevolgd hebben die op een natuurlijke manier aan hun voeding kwamen. De resultaten daarvan (aantal jongen en het gewicht van ouder en kuikens) werden vergeleken met dieren die bijgevoederd werden met vogelvoer tijdens te winter. De resultaten waren uiteenlopend en zoals altijd moet er een goede balans zijn. 50 vetbollen in de tuin hangen heeft geen zin. Een paar vetbollen met daarin pinda's of zaden zijn geen overkill.
Naast de voeding die je de gevederde fladderaars geeft is het belangrijkste effect dat we terug connecteren met de natuur. Ook onze kinderen, kleinkinderen, vrienden en kennissen maak je zo bewust van heel het verhaal van biodiversiteit. Terwijl je aanvliegende winterkoninkjes, kwetterende meesjes en badende mussen bewondert kun je een verhaal vertellen over de rupsen en de bladluizen in de lente en zomer of het verhaal van bestuiving of onkruidbeheersing.
10 Tips om vogelvoer en voer voor andere tuindieren in de tuin
- Kies de juiste voeding: Geef vogels voedsel dat rijk is aan calorieën en vet, omdat ze extra energie nodig hebben om warm te blijven. Zaden en pitten, meelwormen, pinda's en vetbollen zijn uitstekende opties. Je kunt ook fruit, zoals appelschijfjes of rozijnen, aanbieden.
- Strooi of hang geen massa's vogelvoer. Voeder regelmatig bij op het tempo en de behoefte van de dieren. Zo wek je vertrouwen en komen meer vogels en tuindieren in je tuin.
- Gebruik geschikte voedersystemen: Plaats voedersystemen die geschikt zijn voor de soorten vogels in jouw omgeving. Zaad- en pindasilo's, voederhuisjes en vetbolhouders zijn allemaal goede opties. Zorg ervoor dat de voedersystemen beschermd zijn tegen neerslag en sneeuw.
- Water om te drinken en te baden: Zorg ervoor dat vogels toegang hebben tot vers water, zelfs in de winter. Zorg voor 2 waterdrinkschotels voor de situatie dat er eentje bevriest. Doe vooral geen zout of alcohol in het water. Dat doodt vogels.
- Plaats voeders op een veilige locatie: Plaats voeders op een plek waar vogels of tuindieren gemakkelijk toegang hebben tot voedsel en waar ze zich veilig voelen voor roofdieren. Egelvoer kan bijvoorbeeld bij een takkenhoop gelegd worden.
- Vermijd het plaatsen van vogelvoer te dicht bij ramen om vogelbotsingen te voorkomen. Voor kleinere tuinen zijn er ook raamstickers die vermijden dat vogels tegen je raam vliegen.
- Houd de voeders schoon: Reinig regelmatig de voedersystemen om schimmel en ziektes te voorkomen. Dit is vooral belangrijk als er veel vogels bij je voeders komen.
- Varieer het aanbod: Bied verschillende soorten voedsel aan om een breder scala aan vogelsoorten aan te trekken. Sommige vogels geven de voorkeur aan zaden, terwijl andere dol zijn op pinda's of vetbollen.
- Wees geduldig: Het kan even duren voordat vogels je vogelvoer ontdekken. Wees geduldig en blijf voedsel aanbieden.
- Bescherm tegen roofdieren: Plaats voedersystemen op een manier die het voor katten en andere roofdieren moeilijk maakt om vogels te benaderen.
Tot slot ov
Zo, hopelijk ben je wijzer geworden over het feit dat vogels en tuindieren meer zijn dan fladderende, rondrennende of - kruipende beestjes. Diversiteit is een grote meerwaarde voor je moestuin. Schadelijke insecten bestrijden, bestuiving, onkruid beheersing maar misschien de grootste meerwaarde ... connecteren met de natuur.
Ik wens je een zalige, warme herfst en winter toe met veel tuindieren in jouw tuin.
Hou je goed, Tom