Ben jij een echte moestuinfanaat die niet kan wachten om je groeiseizoen te beginnen? Dan is dit artikel perfect voor jou! In deze blog duik ik in de voordelen en nadelen van vroeg beginnen met je moestuin binnenshuis. Ik bespreek hoe je eerder kunt starten, welke gewassen hiervan profiteren en hoe je dit het beste kunt aanpakken.
Bijvoorbeeld, sommige gewassen hebben bestuiving door bijen nodig in juni. Maar de bloemen die je in je tuin zaait om bijen aan te trekken, bloeien vaak pas in juli of augustus. Aan de andere kant, zuiderse planten of gewassen met een lang groeiseizoen, zoals pepers, kunnen je al in juni of juli van vruchten voorzien als je vroeg begint. Dit verschilt sterk van de normale oogsttijd in augustus. Ik probeer in dit artikel op een eenvoudige manier de behoeften van een plant te schetsen, en hoe deze behoeften veranderen tijdens de verschillende fases van de groeicyclus.
Groenten zelf kweken - Info op Plukkers.com
Op onze site vind je in de gewasindex uitgebreide fiches voor meer dan 50 gewassen. Hierin staat alles wat je moet weten over zaaidiepte, plantafstanden, goede en slechte buren, en teeltperiodes. De fiches geven ook aan waar je de teelt kunt starten: binnenshuis, onder glas, in een serre, of buiten.
Wat hebben moestuinplanten nodig?
Voordat je je eerste zaadje in de grond stopt, is het belangrijk om te weten aan welke basisbehoeften moestuinplanten moeten voldoen:
- Licht: Planten hebben licht nodig om te groeien. Binnen moeten we vaak groeilampen gebruiken om natuurlijk zonlicht na te bootsen.
- Zuurstof: Planten hebben zuurstof nodig voor hun chemische processen, zowel in de wortels als in de bladeren.
- Warmte: Dit stimuleert de groei en ontwikkeling van de plant.
- Water: Essentieel voor alle planten om te overleven en te groeien.
- Voeding: Planten hebben verschillende voedingsstoffen nodig afhankelijk van hun groeifase.
Een zaadje groeit uit tot een plant met de juiste mix van licht, zuurstof, warmte, water en voedingsstoffen. Zuurstof, water en voedingsstoffen kunnen we altijd regelen, of je nu binnen, buiten of onder glas kweekt. Licht en warmte daarentegen hangen af van de zon, en dat varieert met de seizoenen. Hoeveel licht en warmte je plantjes krijgen, verschilt per tijd van het jaar. We passen onze teeltstrategieën aan op de hoeveelheid zonlicht die we krijgen. Dat is de reden waarom je geen palmbomen op de Grote Markt in Brussel of Amsterdam ziet, maar wel op de Plaça Reial in Barcelona. Om te begrijpen hoe je binnen goed kunt kweken, gaan we eerst dieper in op het belang van zonlicht en de groeicyclus van een plant.
De zon en de groeicyclus van planten
De zon is een enorme ster, zo'n miljoen keer groter dan onze aarde. Ze straalt licht en warmte uit naar alle planeten in ons zonnestelsel. Afhankelijk van de afstand tot de zon en de hoek waaronder het licht binnenvalt, hebben we in de verschillende seizoenen behoefte aan een t-shirt of een warme jas. De temperatuur meten we in Celsius, maar als het gaat om licht, wordt het wat complexer.
Licht heeft twee belangrijke aspecten: intensiteit en kleur. Lichtintensiteit meten we in lumen; een kaarsje geeft weinig lumen, terwijl een zoeklicht op een gevangenisplein veel lumen uitstraalt. Lichtkleur is iets anders en wordt gemeten in Kelvin. Het licht bij de tandarts is bijvoorbeeld blauw, terwijl het licht in een gezellige brasserie roder is. Voor je moestuin zijn deze technische details minder belangrijk. Wat wel van belang is, is dat planten verschillende soorten lichtkleur nodig hebben in verschillende fasen van hun groei. In de groeifase hebben ze blauw licht nodig, terwijl ze in de bloeifase baat hebben bij roder licht.
Het voordeel van zonlicht is dat het het volledige spectrum van lichtkleuren bevat. Bij zonsopgang en zonsondergang zie je vaak een warm, rood licht, terwijl een bewolkte winterdag een blauwer licht geeft. Dit zorgt ervoor dat je planten het hele spectrum van lichtkleuren krijgen die ze nodig hebben, afhankelijk van het seizoen en het tijdstip van de dag, om gezond en volwassen te worden. Er zijn ook groeilampen die dit nabootsen, en dus zowel blauw licht als roder licht produceren.
Groei van moestuinplanten
- Voorwaarden voor het kiemen van zaden
Om een zaadje te laten kiemen, zijn water, warmte en licht essentieel.
Water: Kieming begint als het zaadje voldoende water krijgt. Het zaad heeft een beschermende zaadhuls die door het water week wordt, waardoor het kiemend plantje naar buiten kan groeien.
Warmte: Alleen water is niet genoeg; warmte is nodig om het kiemproces op gang te brengen. De warmte van de zon of van binnenshuis fungeert als signaal voor het zaadje om te beginnen groeien. Buiten in de winter zullen veel zaden niet kiemen, maar met de eerste lentezon kunnen ze snel opkomen en zich ontwikkelen.
Licht: Licht speelt een belangrijke rol in de fotosynthese, het proces waarbij licht wordt omgezet in glucose, de voeding voor de jonge plant. In de beginfase heeft de plant geen extra voedingsstoffen nodig, omdat het zaad vaak al wat voeding bevat. Ideaal is koud licht met een kleurtemperatuur van ongeveer 6000 tot 6500 Kelvin. Ontbreekt het aan licht, dan zullen kiemplantjes zich uitrekken op zoek naar licht.
- Jonge planten in de moestuin
Zodra de plantjes minimaal twee echte blaadjes hebben, ontwikkelen ze wortels, stengels en bladeren. De sapstromen beginnen goed te functioneren.
Voeding: Een jonge plant haalt slechts 20% van zijn voeding uit de aarde, voornamelijk stikstof voor bladgroei en in mindere mate fosfor voor wortelontwikkeling en bloemvorming. Kalium ondersteunt de metabolische processen. Het grootste deel van de voeding, 80%, komt uit het licht, vooral blauw licht (6000 tot 6500 Kelvin). Zonder voldoende licht blijven planten zwak en gestrekt.
Water: Water is cruciaal voor jonge planten, omdat ze voor een groot deel uit water bestaan.
Zuurstof: Planten hebben zuurstof nodig voor hun chemische processen. Bladeren nemen zuurstof uit de lucht, terwijl wortels het uit de aarde halen. In verdichte aarde kan weinig groeien.
Warmte: Hoewel warmte minder cruciaal is dan bij het kiemen, blijft het belangrijk. Planten die bij hogere temperaturen kiemen, zoals 28°C, ontwikkelen zich prima bij lagere temperaturen, zoals 18°C, mits ze voldoende licht krijgen.
- Behoeften van volwassen moestuinplanten
Voeding: Volwassen planten, vooral wortel- en peulgewassen, hebben meestal weinig extra voeding nodig. Met wisselteelt blijft er vaak voldoende voeding in de aarde achter. Bladgewassen hebben een vergelijkbare voedingsbehoefte als jonge planten: vooral stikstof, met kleinere hoeveelheden fosfor en kalium. Vruchtgewassen en aardappelen hebben meer fosfor en kalium nodig naarmate ze rijpen. Volg de instructies op de verpakking of maak zelf smeerwortelgier voor een kosteloze en voedzame aanvulling.
Licht: Voor de vruchtzetting is iets warmer licht gewenst, met een kleurtemperatuur van 3000 tot 3500 Kelvin. Idealiter bevinden de planten zich in een serre of kas, waar ze alle benodigde lichtkleuren ontvangen. Tijdens de vruchtzetting is licht met een temperatuur van 2500 tot 3000 Kelvin optimaal, wat de zon uitstekend biedt.
Water: Volwassen planten hebben minder frequent water nodig dankzij hun diepere wortels, maar bij het kweken in potten moet je goed in de gaten houden dat ze voldoende water krijgen.
Zuurstof: De behoefte aan zuurstof blijft gelijk aan die van jonge planten.
Warmte: Elke plant heeft een optimale groei- temperatuur, meestal boven de 15 graden Celsius voor vruchtgewassen. Daarom planten we deze pas na half mei in de serre of kas om vorstschade te voorkomen, tenzij je kunt verwarmen.
Wintervoorkweek met hulpmiddelen
Nu je weet wat je plantjes nodig hebben in verschillende groeifases, begrijp je misschien dat je in de winter normaal gesproken niet kunt starten met kweken. Maar met de juiste hulpmiddelen kun je toch eerder beginnen in je moestuin. Let wel op: sommige gewassen, zoals wortelgewassen, groeien niet goed als ze verplant worden (ik maak hier een uitzondering voor rode biet en knolvenkel).
In de moestuin is het minder lucratief dan bij commerciële kwekerijen. Hoewel je bloemkool onder lampen kunt kweken, is het vrij kostbaar. Wat je wel kunt doen, is op kleinere schaal doorgaan met je hobby in de winter. Van de drie fasen (kiemen, jonge plant en volwassen plant) die hierboven zijn beschreven, kweek ik de eerste twee fasen binnenshuis.
Voorbeeld: pepersIk gebruik een propagator om te beginnen met het kweken van pepers en andere planten zoals bloemen, tomaten, sla, bieten, venkel en uien.
Kiemen: Voor het kiemen gebruik ik een propagator, een gesloten groeikast waarmee je de temperatuur en het licht (6400 Kelvin groeilampen) kunt regelen. Mijn peperzaden kiem ik bij 28°C, en binnen 4 dagen komen de plantjes op. Dit gaat veel sneller dan op een vensterbank. In het begin houd ik de zuurstofroostertjes in het deksel dicht. Zodra de plantjes zichtbaar zijn, open ik de roostertjes. Het kiemproces is cruciaal voor een sterke plant. Ik start met voorkiemen vanaf eind december; het duurt een paar weken voordat ze klaar zijn.
Jonge planten: Na 10 tot 20 dagen, als de kiemblaadjes open zijn, haal ik de plantjes uit de propagator. Nu is licht belangrijker dan warmte. Ik houd de plantjes onder groeilampen met een kleurtemperatuur van 6400 Kelvin, 15 uur per dag. Vergeet de babymelk niet! De plantjes verplant ik in 9 cm potjes met potgrond voor moestuinen, die voldoende voeding voor 6 weken bevat. Ik houd de potjes in een schaal met water om de bodem vochtig te houden. Na zes weken, rond half februari, verplant ik de plantjes in 15 cm potjes met extra potgrond en voedingsstoffen. Ze blijven onder de lampen, 15 uur per dag, tot de eerste langere dagen van eind maart of begin april. Dan verhuis ik ze naar de vensterbank voor een breder spectrum aan licht en laat ik de bloemen tot bloei komen.
Volwassen worden: Pas na half mei plant ik de pepers in volle, rijke grond in de serre of kas, waar ze snel vruchten zullen produceren. In tegenstelling tot plantjes die op de vensterbank groeiden en bleekgroen werden, krijgen de plantjes die veel licht hebben ontvangen een rijke oogst. De vensterbank-plantjes hadden veel problemen met bloem- en vruchtzetting en gaven een kleinere oogst.
Wanneer loopt het fout?
Een veelvoorkomend probleem is een gebrek aan balans in de groeiomstandigheden. Planten die te veel of te weinig voeding krijgen, of niet genoeg licht, zullen niet optimaal groeien. Investeer in goede groeilampen en een betrouwbare propagator om de juiste omstandigheden voor je planten te creëren. Houd ook rekening met de specifieke behoeften van elke plantensoort en pas je teeltstrategie hierop aan.
Tot slot
Ik hoop dat je nu geïnspireerd bent om aan de slag te gaan met je binnenshuis moestuin. Begin in januari met voorkweken en kijk hoe jouw planten groeien en bloeien. Vergeet niet je vrienden en kennissen te inspireren om ook een moestuin te starten. Vind je deze informatie waardevol? Deel het gerust en steun onze site door je moestuinbenodigdheden bij ons te bestellen!
Happy gardening!
Tom Deseyn