Wijnstok Spätburgunder - Pinot noir op onderstam SO4

Algemeen over wijnstok variëteit Pinot Noir:

De edele druif Pinot Noir is een van de oudste en meest kwalitatieve rode wijnsoorten ter wereld. Het ras lijkt rechtstreeks af te stammen van wilde wijnstokken uit de Bourgogne, die tot de phylloxera-catastrofe in het midden van de 19e eeuw wijdverbreid waren tot in het noorden van Frankrijk. Historisch gezien zijn er bewijzen die teruggaan tot de Romeinse tijd. Het ras werd in 884 door keizer Karel III in Duitsland geïntroduceerd als “Clävner”. Er zijn bewijzen dat de monniken van het cisterciënzerklooster van Eberbach rond 1440 onder de naam Klebrot Pinot Noir in de Rheingau verbouwden. Pinot Noir vergt een grote vaardigheid en bekwaamheid van de wijnbouwer in de wijngaard en de kelder. De variëteit is wijdverspreid over de hele wereld in koelere teeltgebieden of die dicht bij de zee, die een langzame rijping bij gematigde temperaturen garanderen om het aroma te behouden. In Frankrijk zijn dat, buiten de Bourgogne, de Champagne, de Loirevallei, de Elzas en de hoger gelegen wijngaarden van de Languedoc. Pioniers in Duitsland zijn de Ahr, Baden en de Pfalz, waar ambitieuze wijnbouwers dichte, extractrijke wijnen met barrique-rijping produceren. Pinot Noir is ook populair in Zwitserland als Dôle en in Oostenrijk onder het synoniem Blauburgunder. Maar de Nieuwe Wereld biedt ook interessante Pinot Noirs uit het zuiden van Nieuw-Zeeland, Tasmanië, de kuststreken van de VS en Zuid-Afrika.

Druif:

De druivenstructuur varieert van compact tot los, klein tot middelgroot. De druiven zijn cilindrisch, zelden geschouderd. De bessen zijn rond tot ovaal, donkerblauw, aromatisch en hebben een dunne schil. Het vruchtvlees van de bessen is sappig en discreet fruitig.

Wijn:

De verscheidenheid aan aroma’s varieert van aardbei tot kersen tot rijpe pruimen en zwarte bessen, afhankelijk van de rijpheid en de stijl van vinificatie. Dit gaat vaak gepaard met nuances van rozemarijn en munt, maar ook van amandelen en mokka. Gerijpte Pinot Noirs vertonen een delicate, nootachtige bitterheid. Wanneer de druiven een evenwichtige rijpheid op de wijnstok hebben bereikt, die echter niet in jammy overrijpheid mag overgaan, presenteren de wijnen zich met een kersenrode kleur, rijpe tannines, een elegante zuurgraad na een matige rijping van 9 tot 15 maanden in kleine eikenhouten vaten.

Standplaats wijnstok Pinot Noir :

Het ras reageert zeer gevoelig op bodemeigenschappen en microklimaten en is technisch veeleisend voor de teelt. De dunne schil van de bessen wordt in verband gebracht met een gevoeligheid voor schimmelziekten zoals (valse) meeldauw en botrytis. Pinot Noir is ook gevoelig voor droogte, zodat de bodem in de zomer voldoende water moet krijgen. Goed verluchte plaatsen met gemakkelijk opwarmbare bodems zijn voordelig. De wijnstok is middelmatig tot sterk groeiend.

Voorbereiding voor wijnstok Pinot Noir :

Stop je wijnstok 24u in een emmer met water. Zo kan hij zich nog eens volzuigen voor de uitplant.

Grondvoorbereiding :

Je kunt je grond verbeteren met lavagruis (indien kalkgrond) of met bentoniet en lavameel (indien zandgrond).

Uitplanten van een wijnstok:

Maak met een grondboor of spade een gat met een diameter van 10 cm van +/- 30 cm diep. En plant de wijnstok met de ent net boven de grond. De wijnstok mag tussen de 5 en 10 cm uit de grond komen. Plant je wijnstokken tussen 1 mei en 15 mei en laat 1 meter tussen de planten en 1,5 tot 1,8 meter tussen de rijen.

https://youtu.be/oZt4llTGnVw